Skip to main content

Opium voor het volk

Nostalgie is een fascinerende drug. Het gebruik veroorzaakt, mits gedoseerd toegediend, nauwelijks schade en werkt aangenaam bedwelmend. Maar het verslavingsmonstertje loert voortdurend om de hoek. Het is dus zaak het bezoek aan de Opiumkit van de Heimwee te beperken tot een paar keer per... Tja daar gaan we al, wat is verantwoord? Wanneer kom je in de gevarenzone? Zelf heb ik, begin jaren zeventig, één keer aan een opiumpijp gelurkt. Als archetypische Amsterdamse Hippie was ik al vertrouwd met het hele scala aan hash-soorten.


De connaisseur in mij haalde zijn neus op voor de standaard Rode Libanon ('Dat is voor Duitse toeristen') en rookte bij voorkeur jointjes met Schimmel-Afghaan. Deze pikdonkere brokkelige substantie met inderdaad sporen van schimmeldraden werd toen beschouwd als de zwarte truffel van het hashmenu. Moeilijk verkrijgbaar en daardoor zeer exclusief. Gelukkig was ik bevriend met een van de huisdealers van Paradiso die, zoals dat nu eenmaal gaat, het beste spul voor zichzelf en zijn vrienden bewaarde. Je werd er inderdaad "apestoned" van. Achteraf bezien een prachtige en treffende beschrijving.

De roes werd uiteraard versterkt door de wetenschap dat deze stuff relatief kostbaar was. (Zoals ik mijzelf, vele jaren later, ook verbeeld dat de duurdere wijnen in restaurants beter smaken dan de huiswijn.) Ik had vernomen dat het effect van opium leek op dat van Schimmel-Afghaan maar dan veel intenser. Het "schuiven" van opium en het hele romantische ritueel dat daarbij hoort kende ik alleen uit strips, films en de literatuur. Louis Couperus was niet onbekend met het gebruik (hij was geen snuiver maar een schuiver) en door mij bewonderde schrijvers als Jack Kerouac en William Burroughs waren ook met deze drug vertrouwd.

Bij een andere dopehead thuis heb ik mijn eerste en tevens laatste pijpje "O" gerookt. (Je weet dat je met een echte verslaafde te maken hebt als dope teruggebracht wordt tot een zeer korte codenaam.) Ik wist inmiddels dat je bij het roken van "O" languit op een sofa moet liggen. Dat bleek inderdaad heel handig want binnen no time was ik tot niets meer in staat. Behalve met een gelukzalige grijns op m'n gezicht mij zeer loom voelen. 

De Niro in "Once upon a time in America"

Het is bij dat ene pijpje gebleven. Je ne regrette rien en het eerder genoemde verslavingsmonster heeft nooit vat op mij weten te krijgen. Ik ben die periode ongeschonden doorgekomen en al decennialang vrij van alle drugs. (Mijn regelmatige bezoek aan de Gall & Gall laat ik gemakshalve even buiten beschouwing.) Maar terug naar de kern: het gaat in deze column over de licht verdovende werking van de drug "N" (Nostalgie). Languit liggend op mijn chaise longue, met de laptop op schoot, schuif ik er regelmatig lustig op los. 

Ik bekijk dan Facebookgroepen als "Golden Age of Travel" en "Geschiedenis van de Wereld" en geraak daarbij in een weldadige sentimental mood. Hieronder een paar voorbeelden. Ik begin dicht bij huis, op de site "Amsterdams Verleden". Om maar in Chinese sferen te blijven: van deze geweldige foto uit de jaren vijftig uit de Binnen Bantammerstraat, ons eigen Chinatown, word ik melancholiek vrolijk.

Ook verslavend: foto's van zo'n vijftig jaar geleden van mijn stad. Nu het openbare leven na de pandemie weer ouderwets op gang komt, begint het gemiauw over de drukte weer aan te zwellen. Ik verwijs dan ook graag, met een nauwelijks onderdrukte grijns, naar deze foto uit begin jaren zeventig. 

Nog een Amsterdamse klassieker: "Auto in de majem"

Op een andere mooie site, "Golden Age of Travel", beland ik in bijna hallucinerende vervoering van afbeeldingen van The Yankee Clipper, de befaamde vliegboot. In een korte periode, globaal van 1932 tot het uitbreken van de Tweede Wereldoorlog, was dit de ultieme manier van reizen van de happy few.


Het moet een onvergetelijke ervaring zijn geweest om, gezeten in de lounge van dit iconische vliegtuig, met een Dry Martini in je hand te landen op de baai van Rio de Janeiro of voor de kust van Maui.



Een andere verslavende pagina is "Geschiedenis van de Wereld". Een willekeurige greep: Pablo, zoals altijd innig tevreden met zichzelf, verdiept in eigen werk. 


Man op het terras van het befaamde Parijse Café de Flore leest krant, zijn poedel vindt het reuze ongezellig. 

En hieronder een beroemde foto in de categorie "Het leven is leren omgaan met teleurstellingen."

Ook het doorbladeren van oude tijdschriften kan een aangename, benevelde gemoedstoestand veroorzaken. Onlangs werd ik weer herinnerd aan het ijzersterke excuus: 'Ik lees de Story alleen bij de kapper.' Het was in dit geval niet een roddelblad maar het succesvolle vehikel van powerwoman Linda. Ik begon aandachtig te bladeren, want als metroman vraag ik mij natuurlijk voortdurend af: Was will das Weib? Na een paar pagina's dacht ik: huh? In wat voor tijdmachine ben ik nu beland? De layout zag er hysterisch hip uit, met veel grote zwarte letters. Alles nogal in your (type)face. Het bleek een nummer te zijn uit het jaar 2004. In amper achttien jaar was deze ooit zo vooruitstrevende vormgeving alweer gedateerd en al bijna onderwerp voor het programma Andere Tijden. Net zoals deze advertentie uit Life Magazine uit 1969 of de pikanterieën uit het "olala"-mannenblad De Lach.




En laatst, bij een van de vele opruimacties van onze zolder, kwam dit boekje tevoorschijn: Koken in de jaren tachtig


De ondertitel Een nieuwe stijl blaakt van zelfvertrouwen. Ik ben oud genoeg om mij te herinneren dat er voor het eerst kiwi's in de schappen lagen, maar zelfs jonge lezertjes weten ongetwijfeld dat Nederland op culinair gebied heel lang in de gastronomische Middeleeuwen leefde. Inderdaad, tot diep in de jaren tachtig. Maar zie wat een prachtige, exotische schotels er ineens mogelijk waren! Het fotograferen van gerechten is terecht een specialisme. Dat iedereen tegenwoordig met smartphones van elk bordje een Instagramfoto maakt is iets waar ik mij diep zuchtend bij heb neergelegd. Daarom enkele hoogtepunten uit het boekje:
Lamskoteletjes met macaroni. Thans alleen nog verkrijgbaar in Poolse truckercafés.
Sinaasappelsalade met kiwi's. Wordt nog sporadisch geserveerd in ziekenhuizen in de provincie.
Ierse lamspot. Al meerdere keren, tevergeefs, door president Michael Higgins voorgedragen als Unesco Werelderfgoed.
Rabarber met bananen. Recentelijk nog oorzaak van een opstand in Penitentiaire Inrichting Krimpen a/d IJssel.


Conclusie van dit ietwat chaotische essay: de neiging het (recente) verleden te idealiseren en je over te geven aan nostalgie is verleidelijk maar niet geheel zonder gevaar. Vroeger was namelijk niet alles beter. Het interessante boek Feitenkennis van de Zweedse hoogleraar Hans Rosling heeft als ondertitel 10 redenen waarom we een verkeerd beeld van de wereld hebben en waarom het beter gaat dan je denkt.

De auteur begint met een aantal multiple choice vragen aan de lezer. Bijvoorbeeld vraag 3: 

De afgelopen 20 jaar is het deel van de wereldbevolking dat in extreme armoede leeft...
A: Bijna verdubbeld
B: Ongeveer gelijk gebleven
C: Bijna gehalveerd

Het moge duidelijk zijn dat, na die iets te lange ondertitel, het juiste antwoord "C" is. Ik heb nog niet de moed gehad de bestseller De meeste mensen deugen van Rutger Bregman te lezen, maar volgens mij zit ook dit boek in het segment "Het glas is voor driekwart gevuld". Deze geschriften dateren echter van voor de wereldwijde covidpandemie en het kruitvat Oekraïne. Somberheid en defaitisme tieren welig. 
Misschien toch maar 's kijken of er ergens op de Zeedijk nog een kitje is waar ik kan aanschuiven.

© 2022  Martin Mulder
Eindredactie Emilia van Heuven

Comments

  1. Even gaan rondkijken waar vandaag de dag nog een mooie kit is te vinden. Als het echt moet is die er vast wel.

    ReplyDelete

Post a Comment

Popular posts from this blog

CURAÇAO

In 1992 nam ik de rigoreuze beslissing te verhuizen naar Cura ç ao. Ik was bijna veertig maar de eerste vage contouren van een midlife-crisis dienden zich reeds aan. Mijn werk als freelance-cameraman was in full swing, aan spannende klussen geen gebrek, maar er knaagde iets. Hoe nu verder, is that all there is ?  Twee niet onbelangrijke factoren speelden mede een rol: Ten eerste vielen er steeds meer blauwe enveloppen op de deurmat. Ik was destijds een typische creative, veel te druk met groots en meeslepend leven. Op tijd belasting betalen had niet mijn hoogste prioriteit. Live know, pay later was het na ïe ve motto van mij en vele van mijn collega’s. Naast deze fiscale struisvogel-politiek (waar ik later natuurlijk zwaar voor moest boeten en bloeden) speelde er ook een ander, meer persoonlijk dilemma. Mijn toenmalige vriendin maakte mij na twee jaar verkering op allerlei manieren duidelijk dat haar biologische klokje steeds harder begon te tikken. Een geluid da...

MOPPERENDE MIDDENSTANDER

Het zal niemand zijn ontgaan: warenhuis Hudson's Bay heeft definitief het loodje gelegd en trekt zich met hangende pootjes terug uit Nederland. Wat retailexperts de laatste weken met veel aplomb hebben uitgelegd over deze marketingblunder zagen we natuurlijk al vanaf day one aankomen. Het paradepaardje van dit Canadese warenhuis ging in 2017 open, gehuisvest in een nieuw opgetrokken pand op het Rokin. Een misbaksel dat op miraculeuze wijze goedgekeurd werd door het stadhuis. (Vroeger "Kremlin a/d Amstel" genoemd, thans "Hoofdkwartier van de Groene Khmer.") Technisch gezien was Hudson's Bay slechts de huurder van dit architectonisch affront vlak bij de Dam. Voor de werknemers lijkt de sluiting vervelend, maar het goede nieuws is dat door het schreeuwend tekort aan winkelpersoneel ze slechts het Rokin hoeven over te steken om meteen aan de slag te gaan bij bijvoorbeeld de Japanse nieuwkomer Uniqlo. (Een concept waarvan ik denk: die gaat h...

Een slepende affaire

Vorig jaar kreeg ik een interessant verzoek. Of ik als ghostwriter het levensverhaal wilde optekenen van mijn goede vriend Bert Evers. Verhalen in de categorie van krantenjongen tot miljonair zijn er in overvloed, maar het traject dat Bert aflegde is tamelijk opmerkelijk. Begin jaren negentig leerde ik hem kennen tijdens mijn eerste klus op Curaçao. Het betrof een speciale Antilliaanse editie van het praatprogramma van Tineke de Nooij. Het klikte meteen tussen Bert, mij en het eiland. Ik zou daarna nog een aantal keren terugkeren voor diverse andere opnames. De vriendschap werd hechter en uiteindelijk zou ik zelf, op de hielen gezeten door de Inspecteur én diverse dames, bijna drie jaar op het eiland bivakkeren. De carrière van Bert Evers zag er aanvankelijk niet rooskleurig uit. Hij werd begin jaren vijftig geboren in de Mercatorbuurt in Amsterdam-West, als zoon en kleinzoon van hardwerkende café-uitbaters.  Het Mercatorplein in Amsterdam Oud-West Behept met een lichte stotter en ...