“Ja, het is op sommige plekken druk”, zeg ik
op een feestje van een collega,“maar kijk even naar dit korte filmpje.”
In één soepel gebaar, als een cowboy uit een spaghetti-western, trek mijn
smartphone. (Ik moet nog oefenen op zo’n driebubbele flip, maar dat komt nog
wel). Het clipje staat altijd op scherp. Ik start een collage van beelden uit de
late jaren ’50 en begin ’60. Shots van het Damrak, de Munt, het Leidseplein,
het Centraal Station, destijds oa gemaakt door Ed van der Elsken en het
Polygoonjournaal. Een pandemonium in zwart/wit. Fietsers en brommers wringen
zich tussen walmende auto’s en vrachtwagens, voetgangers proberen met gevaar
voor eigen leven de overkant te bereiken. In de Kalverstraat en Leidsestraat rijden nog auto’s,
het winkelende publiek op het Rokin wurmt zich langs de etalages en op de stoep geparkeerde
auto’s. Hoezo druk?
Met een snelle move stop ik de telefoon weer in m’n achterzak en kijk triomfantelijk naar mijn enigszins verbouwereerde gast. Vervolgens begin ik over Venetië, qua toeristisch schrikbeeld al heel lang onbetwist op nummer één. Maar, zoals Ilja Leonard Pfeijffer het zo mooi beschrijft in zijn laatste roman Grand Hotel Europa, ‘de toerist, dat is de ander’. “Toen ik daar laatst weer ’s was”, zeg ik terwijl ik probeer niet al te blasé te klinken, “viel mij wederom het volgende op...” Ik vertel, enigszins wijsneuzerig, dat het écht niet zo moeilijk is om de drukte te vermijden. Je moet gewoon twee keer links, twee keer rechts, 10 minuten rechtdoor en voor je het weet zit je in een volkomen verstild Venetië.
Hetzelfde geldt voor Amsterdam. En dan hoef je niet eens naar tochtige buitengebieden als Geuzenveld of de Watergraafsmeer. Ga bijvoorbeeld eens naar de Palmgracht in de Jordaan. Zelfs in het weekend een oase van rust.
“Capice?”
“Ja, maar….”, wordt er tegengestribbeld, “al die toeristenwinkeltjes dan, met al die narigheid en original Dutch stroopwafels, dat is toch verschrikkelijk?” Met enig satanisch genoegen besef ik dat hier mijn ideale slachtoffer staat.
“Daar zijn wij zelf mede schuldig aan!” (Ik kan nog net “jullie” inslikken.) “Omdat melk en brood en bier bij Albert Heijn zeven cent voordeliger is, hebben ‘wij’ die gezellige, sympathieke kleine middenstander laten kreperen.”
Ik ben inmiddels overgeschakeld op een luider volume en een intonatie die erg lijkt op een voordracht van de legendarische dichter Johnny van Doorn. “Vervolgens hebben we de kleine grutter uitgeleverd aan kapitaaaaalkrachtige ketens van dubieuze reputaaaaaatie!"
Met een snelle move stop ik de telefoon weer in m’n achterzak en kijk triomfantelijk naar mijn enigszins verbouwereerde gast. Vervolgens begin ik over Venetië, qua toeristisch schrikbeeld al heel lang onbetwist op nummer één. Maar, zoals Ilja Leonard Pfeijffer het zo mooi beschrijft in zijn laatste roman Grand Hotel Europa, ‘de toerist, dat is de ander’. “Toen ik daar laatst weer ’s was”, zeg ik terwijl ik probeer niet al te blasé te klinken, “viel mij wederom het volgende op...” Ik vertel, enigszins wijsneuzerig, dat het écht niet zo moeilijk is om de drukte te vermijden. Je moet gewoon twee keer links, twee keer rechts, 10 minuten rechtdoor en voor je het weet zit je in een volkomen verstild Venetië.
Hetzelfde geldt voor Amsterdam. En dan hoef je niet eens naar tochtige buitengebieden als Geuzenveld of de Watergraafsmeer. Ga bijvoorbeeld eens naar de Palmgracht in de Jordaan. Zelfs in het weekend een oase van rust.
“Capice?”
“Ja, maar….”, wordt er tegengestribbeld, “al die toeristenwinkeltjes dan, met al die narigheid en original Dutch stroopwafels, dat is toch verschrikkelijk?” Met enig satanisch genoegen besef ik dat hier mijn ideale slachtoffer staat.
“Daar zijn wij zelf mede schuldig aan!” (Ik kan nog net “jullie” inslikken.) “Omdat melk en brood en bier bij Albert Heijn zeven cent voordeliger is, hebben ‘wij’ die gezellige, sympathieke kleine middenstander laten kreperen.”
Ik ben inmiddels overgeschakeld op een luider volume en een intonatie die erg lijkt op een voordracht van de legendarische dichter Johnny van Doorn. “Vervolgens hebben we de kleine grutter uitgeleverd aan kapitaaaaalkrachtige ketens van dubieuze reputaaaaaatie!"
Er wordt nu beweerd dat dit wel erg kort door de bocht is. Maar bochten
afsnijden is nu eenmaal mijn specialiteit. Ik raak nu goed op dreef en geef
gas. “Die heimwee naar de tijd van vóór die zogenaamde toeristeninvasie, allemaal valse romantiek.
Amsterdam was een smerige stad, je moest laveren tussen de hondepoep, de grachten waren open riolen en de Jordaan was tot begin jaren ‘80 een kolerezooi!” Dit laatste woord spreek ik lekker plat Amsterdams uit. Dit accent heeft mijn moeder er succesvol uitgeramd, maar waar nodig (zoals nu) kan en mag ik het schaamteloos inzetten. Ik trek weer mijn digitale Colt. “Kijk ‘s naar dit filmpje uit 1969 van de legendarische wethouder Jan Schaefer op rondgang in de nu überhippe Pijp…”
Amsterdam was een smerige stad, je moest laveren tussen de hondepoep, de grachten waren open riolen en de Jordaan was tot begin jaren ‘80 een kolerezooi!” Dit laatste woord spreek ik lekker plat Amsterdams uit. Dit accent heeft mijn moeder er succesvol uitgeramd, maar waar nodig (zoals nu) kan en mag ik het schaamteloos inzetten. Ik trek weer mijn digitale Colt. “Kijk ‘s naar dit filmpje uit 1969 van de legendarische wethouder Jan Schaefer op rondgang in de nu überhippe Pijp…”
Maar mijn toehoorder is weggedoken achter iemand anders.
Ik krijg ‘m nog wel.
-------------------------------------------------------------------
Ik krijg ‘m nog wel.
-------------------------------------------------------------------
He Muldertje. Natuurlijk zit er een kern van waarheid in je bespiegeling. Maar onze kinderen hebben grote moeite een betaalbare woning te vinden omdat die zijn vergeven aan short stay. Middenstanders kunnen zich niet meer handhaven Vanwege concurrentie met stroopwafelwinkels en ijssalons. Mijn buurt is regelmatig slecht begaanbaar door kuddes fietsende en slenterende toeristen. En ja, in Venetie kun je een aantal straten of kanalen weg van de Brug der zuchten en de San Marco (die niet meer normaal te bezichtigen zijn) nog rust vinden. Net zoals in ons mooie Amsterdam. Maar in Venetie staan Pallazo's leeg als gevolg van buitenlandse investeerders. Dat staat de grachtengordel ook te wachten. Wat mij betreft mag "Hotel Europa" een toontje lager zingen.
ReplyDelete